Laatst vroeg ik me namelijk af wat er nu uiteindelijk belangrijk is voor je geloof. En dan bedoel ik als het er op aankomt, bijvoorbeeld aan het einde van je leven. Waar draait het dan eigenlijk om? Alles weten? Of veel doen?
Een theologisch dispuut kan interessant zijn, maar voornamelijk is het je eigen verstand wat opgebouwd wordt; je hebt alles nog meer op een rijtje, qua uitleg. En dat kan je een gevoel van zekerheid geven, je hebt er in ieder geval grip op (en daar houden we van).
Waar ik verder druk mee ben, wat ik in mijn blogjes zeg, waar ik mijn dagen mee vul, is dat als het er op aankomt nog steeds waardevol? Of léék het alleen maar relevant, maar slaat alles wat je ooit deed ten diepste vaak de plank mis?
Belangrijke vraagstukken?
Daar dacht ik over na naar aanleiding van bepaalde vragen waar je maar zó, heel lang mee bezig kan zijn om die uit te pluizen. Bijvoorbeeld 'of we zélf nog iets in te brengen hebben als het om onze redding gaat, of dat het allemaal buiten ons omgaat'.
De meest extreme uitspraak die ik me in dit verband herinner is, 'dat we zelf de deur van ons hart niet open kunnen doen, alles komt van God'.
En de 'fantastische' uitleg hierbij was dat aan de binnenkant van de deur geen klink zit. (Dat moet je natuurlijk ook wel beweren als je zo stellig bent dat alles buiten onszelf omgaat!)
En nu komt de link met Paleis het Loo waar ik vorige week een dagje naartoe was:
De deur in één van de paleisvertrekken deed me hieraan denken, bijna onzichtbaar weggewerkt in de muur, compleet met behang en zelfs lambrisering. Je zou niet weten hoe je die moest openen, hebt eerst zelfs niet in de gaten dat het een deur is ... (misschien ook alleen voor de bedienden die zo onzichtbaar naar binnen konden komen en ook weer konden verdwijnen)
Natuurlijk, ik snap de gedachte die achter deze vraag zit. Want wie zijn wij mensen, om zelf iets aan onze omstandigheden te kunnen veranderen? De redding komt van God zelf toen Hij mens werd en stierf. Helemaal mee eens!
Maar toch, bij de wel erg ver gaande uitspraak dat als Jezus aanklopt 'er zelfs geen klink is', is de wens de vader van de gedachte.
Want God stelt ons vanaf onze kant gezien, toch voor een keus. We hebben eigen verantwoordelijkheid, zo was het al op de eerste bladzijde van de Bijbel.
Zijn stem horen en open doen is nodig:
Ik sta aan de deur en Ik klop.
Als iemand mijn stem hoort en de deur
opent, zal ik binnenkomen,
en we zullen samen eten, Ik met hem en hij
met Mij.
Waarom de één wel ja zegt en de deur opent en de ander niet, dat begrijp ik ook niet. Dat is een mysterie. Al kun je er uren en dagen lang over praten. Hier komen we namelijk op het terrein van het hart, van geloof en vertrouwen. En dat is niet te beredeneren.
Steeds meer is het me duidelijk dat geloof en redding niet te maken hebben met een pakketje regels en de juiste manier van Bijbeluitleg. Ook het hete hangijzer 'of God mij de redding schonk, of dat ik het als eerste aanpakte', is een puur theoretische kwestie en als het er op aan komt, niet relevant.
Het gaat er om of je Jezus kent, of zijn Leven in je is, dat leven wat nooit meer ophoudt. 'Ik ben de weg de waarheid en het Leven'.
Dat is wat er belangrijk is, als het er op aan komt, in het zicht van de dood.
Dat is wat er belangrijk is, als het er op aan komt, in het zicht van de dood.
Het is geloof en overgave. Aan Iemand. Zonder alle kennis te bezitten en alle antwoorden te (willen) weten.
Wat er met anderen zal gebeuren? Dat laat ik aan God zelf over, Hij die de harten doorgrondt zoveel beter dan dat ik aan de buitenkant denk te kunnen ...
En komt de vraag van Petrus in mijn gedachten als Jezus hem heeft verteld wat zijn weg zal zijn: ‘En wat gebeurt er met hem (Johannes), Heer?’
Hoe herkenbaar trouwens... het 'willen weten'. En dan zegt Jezus:
‘Het is niet jouw zaak of hij in leven blijft totdat ik kom.
Volg jij Mij.’
En al kunnen we uit de Bijbel wel halen welke gebeurtenissen er in de toekomst zullen plaatsvinden, de details ervan, dat weten we niet.
Het evangelie blijft echter hetzelfde: geloof in Jezus! Want God heeft ons lief en gaf daarom zijn eigen Zoon. 'Verloren gaan' is blijkbaar een realiteit die ernstig genoeg is, dat Hij ervoor wilde sterven.
Jezus vraagt nu van ons persoonlijk, wat Hij Petrus ook zei: 'Volg jij Mij!'
Dat we dan ook zichtbaar liefde hebben onder elkaar, want alleen daardoor zal ieder het kunnen zien dat we Zijn discipelen zijn.