maandag 22 april 2013

'Killing your darlings'...

Wat is dit nu weer voor enge titel: 'Killling your darlings'... 'n verslagje van een thrillerachtige film ofzo? Nee, deze uitdrukking gaat over het schrappen van tekst, als je bijvoorbeeld een boek schrijft. En al heb ik die aspiratie niet, ik herken de noodzaak van het gegeven wel, het geldt namelijk ook voor blogjes.
Soms ben je iets aan het vertellen/schrijven dus, en voordat je het weet is je tekst veel te lang (dat gaat bij mij vaak vanzelf). Maar hoe los je dat op? Of, een ander probleem: je blijft halverwege steken. Ook dan moet je soms rigoureus ingrijpen. En dat wat je zo mooi had gezegd ... juist dat stukje, je darling, moet er dan aan geloven...

'Schrijven is schrappen' zeggen we in het Nederlands, die uitspraak kende ik al wel maar de Engelse uitdrukking is eigenlijk veel mooier omdat het gevoelsmatige aspect er bij naar voren komt. 'Je lievelingen doden' is namelijk bijna een onmogelijkheid. Het geeft aan hoe moeilijk het kan zijn om je favoriete passages te schrappen voor de goede zaak.

Eigenlijk is die moeilijke klus een principe wat we veel vaker tegenkomen, ook in het echte leven. En dat is niet verwonderlijk omdat de Bijbel het al beschrijft, het zijn de woorden van Jezus in Johannes 15 als Hij het heeft over de wijnstok en de ranken: Elke rank die geen vrucht draagt neemt Hij weg (ja logisch, een nietszeggende tekst schrappen we sowieso als we wat schrijven!) maar dan staat er ook: Elke rank die vrucht draagt snoeit Hij. En dat voel je wel! Dat 'snoeien', zijn die in onze ogen prachtig mooie vruchten die zomaar zonder logische redenen weggehaald worden. Er wordt gewoon het mes in gezet! Killing your darlings... (dat zo mooi geschreven gedeelte waar we zo blij mee waren: deleten...)

Ook in real life... snoeien

Ja, rigoureus in je eigen tekst schrappen kan goed werken. :) Maar toen ik de combinatie zag met Johannes 15, bepaalde het me bij het gesnoeid worden in je eigen leven. Waar je af en toe het mes voelt - of het mes al aan ziet komen - en er iets afgesneden wordt waar je nogal aan gehecht bent - er soms toch gebeurt wat je helemaal niet ziet zitten.
En dat snoeien kan betrekking hebben op van alles. Iets materieels - bijvoorbeeld je huis, soms is het je baan, je financiën. Of je gezondheid beperkt je ineens ... Soms moeten we mensen in het leven loslaten, omdat bepaalde situaties ons daartoe dwingen. Ook dat kunnen we echt als snoeien ervaren en begrijpen we niet altijd waarom het zover moest komen.

Dan is het goed te weten dat er nog méér staat in dat gedeelte van de wijnstok. Namelijk dat het de landman is die snoeit. En wie is dat dan, Mijn Vader is de landman zegt Jezus in het eerste vers. Gelukkig, geen onbekende die zomaar wat doet wat hem uitkomt, maar de Vader die ons kent en voor ons wil zorgen.
En het snoeien? Dat doet Hij opdat zij (de rank) nog meer vrucht zal dragen. Wij zijn de ranken... en moeten daar altijd nog even geduld voor hebben, om dat resultaat te zien. Ons valt die tak op die nu zo kaal is; het mooie wat er was is verdwenen. Maar toch, met dit voorbeeld in gedachten mogen we weten dat er iets nóg mooiers uit die kale tak gaat komen - iets wat de landman weet, al zien wij er nog niets van. (En nu dringt het ook tot me door dat iets moois wat gesnoeid wordt, echt iets waardevols kan zijn - we zouden namelijk kunnen denken dat er iets mis is met die mooie vrucht die weggehaald wordt.)

Als we, misschien in moeilijke omstandigheden, denken dat de landman het nu toch echt even verkeerd zag, weet dan dat het de Vader is en 'uw hemelse Vader weet wat u behoeft', zegt Jezus in Mattheus tegen de dicipelen als het gaat over bezorgdheid. We kunnen blijkbaar aan wat hij, de landman beslist, al voelen we dat niet direct zo als we steeds die kale tak zien.
Alles draait eigenlijk om vertrouwen - vertrouwen dat Hij, de Vader, weet wat Hij doet. Dat leren we vaak extra door moeilijke situaties heen en daardoor hebben we de kans om te groeien in ons geloof. Dan ziet de landman bij ons steeds meer, de vrucht te voorschijn komen.

Zorg er wel voor dat je - juist als het moeilijk wordt en je het snoeimes voelt, verbonden blijft met de wijnstok zelf, de Here Jezus. Want als we 'in Hem' blijven, zullen we daardoor nog veel méér vrucht kunnen dragen.

dinsdag 16 april 2013

... zo heb Ik jullie liefgehad ...

 
Zoals de Vader Mij liefgehad heeft, 
heb ook Ik u liefgehad....

Dit is een tekst uit Johannes 15, en niet heel onbekend denk ik - je zou er bijna overheen lezen, of niet? ... We zijn soms zo aan een tekst gewend, ook aan deze - hebben we nog in de gaten wat hier eigenlijk staat? Iets nogal onbegrijpelijks! En dan niet op de manier van een gedeelte zoals bijvoorbeeld in Filippenzen, waar de zinsconstructie en uitdrukking zo moeilijk is...
Bij deze tekst ligt het wat anders. Het is qua taalgebruik een eenvoudige zin, een vergelijking die niet moeilijk is. Het is meer het onbegrijpelijke zoals in Psalm 139, waar David zegt: Het begrijpen is mij te wonderbaar, te verheven, ik kan er niet bij. (En dat over het feit dat de Heer al zijn wegen kent en Zijn hand op hem legt...)
Datzelfde gevoel bekruipt me ook als ik bovenstaande tekst beter lees.


Zoals de Vader de Here Jezus heeft liefgehad... Dat snappen we nog wel. De Vader hield van de Zoon, het was Zijn eniggeborene en er was een volkomen eenheid en volmaakte liefde. Maar dan staat er zomaar achter, alsof het de normaalste zaak van de wereld is: ... zo heb Ik ook u liefgehad.
En dat is heel andere koek. Het betekent dat de Here Jezus mij heeft liefgehad, even volmaakt als de Vader Hém liefhad. En dát snappen we niet want wij zijn toch niet volmaakt zoals de Here Jezus? Hij is de Zoon waarin de Vader al Zijn welbehagen vond! 

Wat is er nu in ons te zien wat Hem zou aantrekken om ons lief te hebben? 

Misschien, als ik een antwoord zou kunnen bedenken, dat het een ander soort liefde is dan waar wij aan denken. Goddelijke liefde, 'Agapè', is namelijk een liefde die gééft, zonder iets terug te willen ontvangen. Daar zijn wij mensen niet goed in, het zit er zo ingebakken dat we iets terug willen als we liefde geven - al is het onbewust. Onze liefde bestaat vaak uit némen. Zo niet bij God.
En wij denken meestal zooo menselijk. We kunnen ons niet voorstellen DAT God ons liefheeft gehad - want wij hadden niets te bieden. En liefde voor Hem? ... die hadden we nog niet eens toen Hij al aan ons dacht!


Het was mooi dat ik toen ik hierover nadacht, in een bekend dagboekje de tekst uit Hooglied las: 'Dark I am, yet lovely...'
Ja, de Heer zag blijkbaar iets in ons, al voelen wij ons dat niet waard. Hij wilde zelfs voor ons sterven. God kan nu onze zonden vergeven... de weg kwam vrij ons tot Zijn kinderen te maken. Daarom kon Jezus ook tegen Maria en Zijn discipelen zeggen: "Ik vaar op naar Mijn Vader en uw Vader."

En het gaat nog verder, we zijn zelfs de bruid van Christus geworden, Zijn lichaam - zoals Adam het zei over Eva: Zij is vlees van mijn vlees en been van mijn gebeente... En in tegenstelling tot wat wij vaak zien: namelijk alles wat nog niet in orde is en wat hier nog ontbreekt, gelden voor ons ook nu al, ál die mooie dingen die de Heer over ons zegt (klik) : Je bent mooi mijn liefste, er is geen gebrek aan je - Je zonden zijn je vergeven - Jullie hebben de volheid in Christus ontvangen - Volmaakt in Christus...

Wat is dat vaak een contrast met onze eigen gedachten en daden! Ook voor God zijn we de bruid van Zijn Zoon - stralend zonder vlek of rimpel. Te lezen in Efeze 5
 

Zouden we dan niet ook van Hem houden, onze hemelse Bruidegom? Hij heeft alles gedaan voor ons! Menselijk gezien al logisch dat we dankbaar zijn! De tekst hier bovenaan vervolgt met: Blijf in mijn liefde... die liefde zit nu in ons hart door de Heilige Geest en zó kunnen we graag en van harte doen wat Hij wil .
.. 

Laten we nu óók kijken met Gods ogen - naar onszelf, maar ook: in de ander op zoek gaan naar het mooie wat de Heer in hen ziet! En zo onze broeder (en zuster) liefhebben... 

Ja, we zijn door Hem uit de duisternis geroepen tot zijn licht - we mogen nu van die grote daden vertellen om ons heen (de laatste tekst uit het dagboekje wat ik las). Wat zou het mooi zijn dat het ook steeds meer zichtbaar is bij ons als gelovigen, dat we bij Hem, onze Heer horen!

Refrein van Het lied van de prachtige bruid:
 Out of the darkness, redeemed from the night
 Bathed in His glory, reflecting His light
Oh what a beautiful bride!



zondag 7 april 2013

Geen roof, maar ... wat dan wèl? (2)

Mijn vorige blogje ging over vers 6 van Filippenzen 2, één van de moeilijk(st)e teksten in de Bijbel. Inmidddels begrijp ik wat beter wat 'geen roof geacht hebben' betekent. :)
Toch wilde ik het hier niet bij laten omdat als vanzelf de vraag opkwam: wat heeft vers 7 er na, ons nu precies te zeggen?

Filippenzen 2
6 Die, hoewel Hij in de gestalte van God was, 
het niet als roof beschouwd heeft aan God gelijk te zijn
7 maar Zichzelf ontledigd heeft door de gestalte van een slaaf aan te nemen
en aan de mensen gelijk te worden. 

En ik herinnerde ik me uit het Oude Testament een andere tekst. Zou ik wat wijzer worden door die eens weer te bekijken? Soms helpt zoiets je verder op weg.

Even een vergelijking

Ja, er is zelfs veel overeenkomst! Er wordt in Psalm 69 gesproken over 'roof' en óók in de ontkennende vorm: 'wat ik niet geroofd heb.... moet ik toch teruggeven...'

Op oneerlijke wijze word je gedwongen iets terug te geven, het word je eigenlijk gewoon afgepakt - dat lijkt de invalshoek in dit vers. Het is een beetje zoals we tegenwoordig ook wel praten over alle bezuinigingen. We zeggen dan zoiets als: "De ouderen worden dubbel gepakt. Ze hebben hun hele leven premie betaald voor hun pensioen maar moeten daar nu ineens flink op inleveren. Het is de omgekeerde wereld!".
We voelen dat als grote oneerlijkheid, ja als roof: Robin Hood die de hardwerkende mensen die over de bosweg rijden, overvalt en in dit voorbeeldje, van hun zuur verdiende spaarcentjes ontdoet.
Alleen is Robin Hood 'the good guy' die dat geld dan niet zelf houdt (zoals eigenlijk altijd wel het geval is als je iets rooft) maar hij verdeelt de buit onder de armen, doet er weer vrijwillig afstand van. Een vreemd soort rover eigenlijk.

Hoe onlogisch!

Ineens zie ik hier toch iets in van Filippenzen 2 waar Jezus het 'aan God gelijk zijn' niet in bezit kreeg door een 'roof'. Hetzelfde zegt Psalm 69: Wat ik niet geroofd heb... en komt het in onze ogen onlogische vervolg. Normaal is het zo dat je het 'geroofde' weer zou moeten 'inleveren' bij de rechthebbende.
In deze twee gedeelten is er juist niet geroofd - toch wordt er gehandeld alsof dat wél zo is. De omgekeerde wereld.
Psalm 69 gaat over 'betalen': Jezus (profetisch gezien) moest betalen, iets teruggeven, terwijl Hij niets had geroofd ... geen schuld, toch boeten zou je kunnen zeggen... Niet voor te stellen!

En onze tekst?

Die moeilijke teksten uit Filippenzen 2 werden hierdoor ineens duidelijker. Ik zag er dezelfde zinsconstructie wat heel verhelderend werkte - al was het hier een vrijwillige handeling.
Alles wat de Heer bezat... legde Hij helemaal af en zó staat het in vers 7: maar Hij heeft Zichzelf ontledigd. Ook geheel onlogisch want net als in Psalm 69, was het juist WEL rechtmatig bezit. Ook alles wat bij Zijn hoge positie hoorde, al Zijn rijkdom en heerlijkheid heeft Hij afgelegd totdat er niets meer van te zien was. En dat terwijl niemand Hem dwong.

- In gewone woorden zou je het eerste stukje van vers 7 zo kunnen zeggen:
"De Here Jezus deed zomaar, terwijl het niet noodzakelijk was, afstand van het 'aan God gelijk zijn'." - 

En daar bleef het niet bij: 'En Hij nam de gestalte van een slaaf aan', zo gaat vers 7 verder. Die bewoording duidt op activiteit; het overkwam Hem niet maar Hij kóós ervoor en '...werd aan de mensen gelijk'. 

Iets om eens even bij stil te staan want - als gewone mensen - kunnen we ons er haast geen beeld van vormen hoe dat was, die gelijkheid van de Here Jezus aan God voordat Hij geboren werd. De verheerlijking op de berg laat er iets van zien: En Hij werd voor hun ogen van gedaante veranderd; Zijn gezicht straalde als de zon en Zijn kleren werden wit als het licht. Ook in Johannes 17 komt deze heerlijkheid naar voren en spreekt Jezus de wens uit dat de Vader Hem die weer teruggeeft omdat Zijn taak er op zit. Hij plaatst Zich daar eigenlijk al achter het kruislijden, terwijl het nog moet komen. En zegt daar:  Verheerlijk Mij, Vader, bij Uzelf, met de heerlijkheid die Ik bij U bezat voordat de wereld er was.

Wat een contrast

De mensen waartussen Hij leefde die drie jaren, wisten niets van die heerlijkheid - Hij werd zelfs gearresteerd als een rover (Als tegen een rover zijt gij uitgetrokken met zwaarden en stokken?), ingewisseld tegen een rover (Hem niet, maar Barabbas! En Barabbas was een rover) en gekruisigd tussen rovers....

Ja, vers 7 is voor mij nog méér een contrast geworden met dat voorgaande vers, want in plaats van alles waar Hij recht op had, te hebben en te houden, ontledigde Hij zich niet alleen van al die heerlijkheid, het ging nog veel verder.
Uiteindelijk stierf Hij aan een kruis, als een rover... en dat allemaal voor jou, voor mij... (ja, zoals Psalm 69:5 het zegt)

Eén was er, die waardeerde Hem wel, en hoe lezen we in het vervolg:
 'daarom heeft God Hem ook uitermate verhoogd en Hem de naam boven alle naam geschonken'.
Ja, Hij heeft alle heerlijkheid weer terugontvangen en meer dan dat..

Laten we ons nu al voor Hem neerbuigen - anders zullen we later moéten - en belijden:

 Jezus Christus is Here, tot eer van God, de Vader!



Na vers 6 en 7 heeft het voorgaande vers 5 ons ook nog iets te zeggen.  
Dat komt een volgende keer...



Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...

Linkwithin

http://www.linkwithin.com/install?platform=blogger&site_id=2144441&url=http%3A//gerda-overvanallesennogwat.blogspot.com/&email=evanschagen61%40gmail.com#